De schoolmaatschappelijk werker verzorgt kortdurende begeleiding aan kinderen (+/- 6 gesprekken). Tijdens dit traject zijn er (twee-)wekelijks gesprekken met het kind. De hulpvraag van het kind vormt de basis van de gesprekken. Gedacht kan worden aan begeleiding bij rouw, faalangst, echtscheiding, geringe weerbaarheid en zelfvertrouwen of gedragsproblemen.
Als blijkt dat de kortdurende begeleiding niet voldoende is, dan zal de schoolmaatschappelijk werker dit bespreken met het kind en de ouders/verzorgers. Na het verkrijgen van hun toestemming, verwijst en begeleid de schoolmaatschappelijk werker naar gespecialiseerde hulpverlening.